Waarom maaien we?

Jaarlijks onderhouden we met zorg onze dijken, sloten en terreinen. Maaien is belangrijk. Daarmee voorkomen we dat sloten dichtgroeien en wateroverlast of watertekort ontstaat. Bij droogte kan er voldoende water worden aangevoerd. Op dijken is het belangrijk dat de grasmat sterk is. Tegelijk leven er veel planten en dieren in sloten en op dijken. Tijdens het maaien houden we hier rekening mee. 

Nieuwe regels vanaf 2025

Sinds 2025 is er een nieuwe gedragscode Bestendig beheer en onderhoud voor waterschappen. In deze gedragscode staan afspraken en regels voor het beheren en onderhouden van sloten, dijken, (gemaal)terreinen en onderhoudspaden. Het hoogheemraadschap en aannemers die voor ons werken moeten zich houden aan deze nieuwe regels. 

Zo zorgen we niet alleen voor veilige dijken en gezonde waterwegen, maar ook voor betere bescherming van de natuur in en rond het water en terreinen. De gedragscode sluit aan op de Omgevingswet van 2024 en de aangescherpte regels die daarbij horen. De nieuwe werkwijze is op 1 april 2025 ingegaan.

Aanscherping 

De waterschappen hebben de habitatbenadering, een vorm van ecologisch beheer, aangescherpt. Zo is het verplicht om een deel van de planten te sparen in en langs het water. Dit versterkt het leefgebied van diersoorten die onder druk staan, zoals kleine marterachtigen, zangvogels, roofvogels en uilen. Daarnaast regelt de gedragscode dat er strikter wordt verkend of zich vogels en dieren op locatie bevinden: het ‘voorlopen’ bij maaiwerk, afhankelijk van de locatie en de situatie ter plaatse. Gefaseerd maaien, dus niet alles kortwieken zodat er voor diersoorten altijd plek is, is nu een hardere eis.

Dit verandert er voor het maaien van sloten

In principe maaien we nergens meer sloten volledig kaal. Ook niet voor de winter. Dit betekent dat we maar één oever of slootkant volledig maaien. En dat we aan de andere kant de begroeiing op de oever of slootkant laten staan. We maaien ongeveer 75% van de waterplanten wel en 25% niet. Eén keer per jaar wisselen we van kant. Het wisselen van kant doen we op 15 juli. Is de linkeroever of slootkant dit jaar aan de beurt, dan maaien we volgend jaar de rechteroever of slootkant. Dit noemen we gefaseerd onderhoud. 

Waarom gefaseerd onderhoud? Om drie redenen:

  1. Waterplanten zorgen voor betere waterkwaliteit, minder algen en kroos
  2. Voor de fauna: kikkers, vissen, vogels
  3. Voor de flora: waterplanten, riet

Dit verandert er voor het maaien van dijken

Alle grasdijken maaien we twee keer per jaar. Tijdens de eerste maaironde, tussen 1 juni en 15 juli, laten we de helft van de vegetatie staan. Vogels, amfibieën, reptielen, vlinders en andere diersoorten kunnen zich daar vestigen of daar naartoe vluchten. Voordat we de eerste ronde gaan maaien, worden de dijken door ecologisch deskundigen gecontroleerd op broedende vogels en andere nesten. Die nesten worden digitaal gemarkeerd en daar maaien we omheen. Of we maaien dat perceel niet. Bijna altijd voeren we het maaisel ook af. De tweede maaironde vindt plaats in tussen 1 september en 15 oktober. Dan maaien we de hele dijk om deze te kunnen inspecteren.

Ecologisch beheer

Het hele jaar door laten staan van begroeiing is een maatregel binnen de nieuwe gedragscode. Daarnaast wisselen we met het maaien van de oever of slootkant waar dat kan pas na het broedseizoen. Allerlei dieren en insecten profiteren hiervan. Denk aan broedvogels, amfibieën en libellen die leven in en om het water. 

Als we toch moeten maaien tijdens het broedseizoen dan gaan we zorgvuldig te werk. Onze veldmedewerkers en aannemers die werken voor ons waterschap letten goed op de aanwezigheid van nesten. In Nederland zijn alle broedende vogels beschermd. Op plekken waar we weten dat er broedende vogels zitten, ontzien we broedende vogels en hun nesten. Dit doen we door 10 meter rondom het nest niet te maaien. 

Schade aan planten en dieren voorkomen

Waar we maaien en onderhoud plegen, moeten we eerst controleren of er beschermde soorten aanwezig (kunnen) zijn. Is dat het geval? Dan houden we zoveel mogelijk rekening met beschermde plant- en diersoorten:

  • We nemen extra maatregelen in de voortplantingsperiode, bijvoorbeeld in een andere periode maaien.
  • Als we nesten zien, maaien we hier omheen.
  • Begroeiing die de waterdoorstroom niet belemmert, laten we staan.
  • Vissen die op de kant belanden, zetten we zoveel mogelijk terug.
  • We houden rekening met de watertemperatuur en nemen andere maatregelen om vissterfte zoveel mogelijk te voorkomen.

Misschien vaker maaien op dezelfde plek 

Deze nieuwe manier van maaien zorgt er op sommige plekken voor dat we vaker terugkomen om te maaien. Zo zorgen we ervoor dat het deel van de waterloop dat we eerder maaiden ook echt openblijft, zodat het water goed weg kan.

Zie voor meer informatie over het maaien van sloten, dijken en wegbermen de pagina Maaien.