Jaarlijkse controle afvalwater bollentelers
Telers van bloembollen mogen door het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen (Ctgb) toegestane gewasbeschermingsmiddelen gebruiken voor hun gewassen. Wat echter niet mag, is onzorgvuldig omgaan met het afvalwater. Middelen die in het oppervlaktewater terechtkomen, verstoren namelijk de waterkwaliteit en daarmee de leefomgeving. Daarom controleren onze toezichthouders dit najaar 150 bedrijven op lozingen van afvalwater na behandeling van de bloembollen. Naast deze jaarlijks geplande controles houden we gedurende het hele jaar toezicht via surveillances.
Gewasbeschermingsmiddelen die ziektes en schimmels tegengaan bij gewassen kunnen het slootleven aantasten. Daarom is het belangrijk dat ondernemers zorgvuldig omgaan met gewasbeschermingsmiddelen. Middelen kunnen in het oppervlaktewater terecht komen door afspoeling van ontsmetinstallaties, onvoldoende driftarme spuitdoppen- en techniek of door afstroming van percolaatwater van porriehopen (afwater uit restafval van de bollenteelt) richting de sloot. Dat afvalwater bevat resten van voedingsstoffen en gewasbeschermingsmiddelen. Het Rijk toetst voortdurend de effectiviteit van maatregelen, ook die van het Besluit activiteiten leefomgeving waarin voorwaarden zijn opgenomen om het oppervlaktewater te beschermen tegen gewasbeschermingsmiddelen. Als de waterkwaliteit in sloten achterblijft, dan kan dit gevolgen hebben voor de teeltvrije zone (ruimte vanaf insteek van het talud van de sloot waar geen gewassen geteeld mogen worden) en de toelating van middelen.
Juist gebruik en maatregelen
Het is belangrijk dat er bij de behandeling van de gewassen geen afstroming plaats kan vinden naar het oppervlaktewater. Maatregelen die dit voorkomen zijn: de ontsmetinstallatie beschermen tegen inregenen, porriehopen en kisten die in aanraking zijn geweest met ontsmetvloeistof afdekken tegen vermenging met hemelwater en bij het planten een voldoende brede teeltvrije zone aanhouden. Voor een aantal gewasbeschermingsmiddelen is in het Wettelijk gebruiksvoorschrift een bredere spuitvrije zone opgenomen dan in het Besluit activiteiten leefomgeving. De strengste voorwaarde geldt. Bij het planten van de gewassen moet de teler hiermee rekening houden. Ook is het verplicht om geregistreerde driftreducerende spuitdoppen te gebruiken op de veldspuit. Zo komen er minder gewasbeschermingsmiddelen in het water terecht. Daarnaast mogen, zelfs met een rugspuit, de meeste middelen niet worden toegepast in het talud van de sloot.
Heeft u vragen over maatregelen voor de open teelt? Neem dan contact op met de toezichthouders via handhaver@hhnk.nl of via het algemene telefoonnummer 072-582 8282. Voor meer informatie verwijzen wij ook naar het Informatiepunt Leefomgeving: Open teelt - Helpdesk water.
